Kathy Lindekens Leest dierenverhalen
van o.a. Annie M.G. Schmidt en Toon Tellegen. Met muziek van Jan Hautekiet
Een hele dierentuin om je gezelschap te houden: ijsberen, varkentjes, kikkers en krekels, veldmuizen en kattekwaad-katten. Leeftijd: 9+
€ 8,75
Beschrijving
Het leuke aan versjes en verhalen is dat je ze overal kunt meenemen in je hoofd. Met dit luisterboek heb je meteen een hele dierentuin om je gezelschap te houden: ijsberen, varkentjes, kikkers en krekels, veldmuizen en kattekwaad-katten. Zet je oren open en ze komen binnen. En als je goed luistert naar de prachtige muziekjes van Jan Hautekiet, dan zie je vast ottertjes fietsen, hamsters draaien en eekhoorns rollen.
Inhoud
De familie Kribbekat (Annie M.G. Schmidt)
Luchtoog (Mies Bouhuys)
Ajasses (Theo Olthuis)
De eekhoorn was bedroefd (Toon Tellegen)
Drie ouwe ottertjes (Annie M.G. Schmidt)
Op een ijsbeer (Kees Stip)
De geheimzinnige mompelaar (Koos Meinderts)
De lapjeskat (Annie M.G. Schmidt)
De veldmuis (D. Tomkins)
Springen zei de slak (Toon Tellegen)
Van een kikkertje (Herman Poort)
Iedereen heeft een staart (Annie M.G. Schmidt)
Op een konijn (Kees Stip)
Het hokje van mijn hamster (Nannie Kuiper)
Ik moet op reis eekhoorn (Toon Tellegen)
Op een ochtend ging de mier (Toon Tellegen)
Toen de mier weer eens (Toon Tellegen)
Een heel klein varkentje (Annie M.G. Schmidt)
's Avonds laat (Annie M.G. Schmidt)
Ik ben zo moe zei 't geitje (Ienne Biemans)
Details
Imprint
HKM LiteratuurUitgever
Rubinstein Publishing BV
Publicatiedatum
5 mei 2011
ISBN
9789047611219
Taal
Nederlands
Speelduur
0 uur 46 min 49 sec
Bestandsgrootte
26 MB
Formaat
mp3 download en geschikt voor de Luisterrijk app
Categorieën
Tags
Over de auteur
Anna Maria Geertruida Schmidt (1911-1995) werkte jarenlang als bibliothecaresse en directrice van de openbare bibliotheek in Vlissingen. Daarna verhuisde ze naar Amsterdam en werkte ze voor Het Parool, waarin ze wekelijks een column voor volwassenen schreef en versjes voor kinderen. Al in 1938 debuteerde ze met twee gedichten in het tijdschrift Opwaartsche Wegen, maar pas na de oorlog begon haar carrière echt. Jip en Janneke, Abeltje, Wiplala, Minoes, Pluk van de Petteflet, Otje – Annie M.G. Schmidt werd de grootste Nederlandse kinderboekenschrijfster van de twintigste eeuw. Voor volwassenen schreef ze columns, gebundeld in onder andere Impressies van een simpele ziel, In Holland staat mijn huis, en talloze gedichten (bijvoorbeeld de beroemde verzen over het schaap Veronica), cabaretliedjes en teksten voor musicals, radio- en televisieseries, zoals Ja zuster, nee zuster, De familie Doorsnee, Heerlijk duurt het langst.
Recentelijk verchenen drie uitgaven van haar columns en liedjes voor volwassenen: Poes, poes, poes (2008), Voeden, verschonen, in de wieg mikken (2009) en Wat we begraven onder appelflappen (2009).
Annie M.G. Schmidt kreeg veel waardering voor haar werk. In 1965 ontving zij als eerste de Staatsprijs voor kinder- en jeugdliteratuur (nu Theo Thijssenprijs) in 1987 de Constantijn Huygensprijs voor haar hele oeuvre en in 1988 de Hans Christian Andersenprijs, de hoogste internationale bekroning voor kinderboeken.
‘Er is waarschijnlijk geen Nederlandse tekstschrijver uit de vorige eeuw te noemen van wie het werk zo algemeen bekend is.’ (Trouw)
Toon Tellegen (1941) is dichter, kinderboekenschrijver en schrijver van proza en toneel voor volwassenen. In 1980 verscheen zijn eerste boek, De zin van een liguster, een dichtbundel voor volwassenen. Zijn eerste bundel dierenverhalen, Er ging geen dag voorbij, werd gepubliceerd in 1984. Er volgden nog vele bundels allegorische dierenverhalen; in 1995 verscheen voor het eerst een omvangrijke verzameling daarvan in Misschien wisten zij alles. Onlangs werd die verzameling opgevolgd door een nieuw deel: Iedereen was er.
Voor volwassenen schrijft Tellegen niet alleen poëzie (inmiddels zijn meer dan twintig bundels verschenen), maar ook proza, zoals Twee oude vrouwtjes, Dora, Brieven aan Doornroosje en het voor de Libris Literatuur Prijs genomineerde De trein naar Pavlovsk en Oostvoorne (verhalen die zijn Russische grootvader hem vertelde).
Hij won talloze prijzen met zijn boeken voor kinderen en voor volwassenen. De roman De genezing van de krekel werd in 2000 bekroond met De Gouden Uil. Voor zijn gehele oeuvre ontving Tellegen de Hendrik de Vriesprijs 2006 en de Constantijn Huygensprijs 2007.
In de afgelopen jaren verschenen respectievelijk de dierenromans De genezing van de krekel, Het vertrek van de mier, Het wezen van de olifant, Het geluk van de sprinkhaan en Het verlangen van de egel.
De dierenverhalen van Tellegen worden onder andere vertaald in Frankrijk, Italië, Spanje, Duitsland, Zweden, Tsjechië, China, Japan, Rusland, Polen en Finland.
Mies Bouhuys (1927-2008) groeide op in Weesp, een klein stadje aan de Vecht. Ze trok met haar vijf broertjes en zusjes vaak langs het water en door de bossen van het Gooi. Dat heeft veel invloed gehad op alles wat ze daarna schreef. Net als, later, de Tweede Wereldoorlog. Haar vader was onderwijzer. Omdat hij het niet goed vond dat joodse kinderen van de Duitsers niet meer naar school mochten, werd hij ontslagen. Dat betekende nogal wat, als je een gezin hebt met zes kinderen!
Met haar boeken, gedichten en toneelteksten wilde Mies Bouhuys de lezer altijd aan het denken zetten. Ze schreef over onderwerpen als armoede, wat het betekent om vluchteling te zijn, over oorlog en racisme. Soms ook liet ze de werkelijkheid voor wat die is en kwam ze met een vrolijk fantasieverhaal.
Mies Bouhuys heeft zo´n 80 boeken voor kinderen geschreven en 12 toneelteksten voor jongeren. Daarnaast publiceerde zij gedichten en een boek over het leven van haar man Ed Hoornik: Het is maar tien uur sporen naar Berlijn!. Haar boeken laten duidelijk zien dat ze zich betrokken voelt bij wat er in de wereld mis is. Ze neemt het op voor mensen die onderdrukt of vervolgd worden. In Anne Frank is niet van gisteren vertelt ze over de jeugd van Anne, haar onderduiktijd tot aan het moment dat Anne en de andere onderduikers door de Duitsers gehaald worden en naar concentratiekampen gestuurd. Omdat ik in de wereld loop is een gedichtenbundel over bijvoorbeeld armoede, oorlog en vluchtelingen.
De schrijfster ontving de Reina Prinsen-Geerlingprijs voor poëzie, de Koepelprijs en de Hendrik van Veldeprijs. In 2003 ontving zij van de Liga voor de Rechten van de Mens de Clara Meijer-Wichmann Penning. Zij kreeg de prijs voor haar persoonlijke inzet voor de mensenrechten.
Anna Maria Geertruida Schmidt (1911-1995) werkte jarenlang als bibliothecaresse en directrice van de openbare bibliotheek in Vlissingen. Daarna verhuisde ze naar Amsterdam en werkte ze voor Het Parool, waarin ze wekelijks een column voor volwassenen schreef en versjes voor kinderen. Al in 1938 debuteerde ze met twee gedichten in het tijdschrift Opwaartsche Wegen, maar pas na de oorlog begon haar carrière echt. Jip en Janneke, Abeltje, Wiplala, Minoes, Pluk van de Petteflet, Otje – Annie M.G. Schmidt werd de grootste Nederlandse kinderboekenschrijfster van de twintigste eeuw. Voor volwassenen schreef ze columns, gebundeld in onder andere Impressies van een simpele ziel, In Holland staat mijn huis, en talloze gedichten (bijvoorbeeld de beroemde verzen over het schaap Veronica), cabaretliedjes en teksten voor musicals, radio- en televisieseries, zoals Ja zuster, nee zuster, De familie Doorsnee, Heerlijk duurt het langst.
Recentelijk verchenen drie uitgaven van haar columns en liedjes voor volwassenen: Poes, poes, poes (2008), Voeden, verschonen, in de wieg mikken (2009) en Wat we begraven onder appelflappen (2009).
Annie M.G. Schmidt kreeg veel waardering voor haar werk. In 1965 ontving zij als eerste de Staatsprijs voor kinder- en jeugdliteratuur (nu Theo Thijssenprijs) in 1987 de Constantijn Huygensprijs voor haar hele oeuvre en in 1988 de Hans Christian Andersenprijs, de hoogste internationale bekroning voor kinderboeken.
‘Er is waarschijnlijk geen Nederlandse tekstschrijver uit de vorige eeuw te noemen van wie het werk zo algemeen bekend is.’ (Trouw)
Toon Tellegen (1941) is dichter, kinderboekenschrijver en schrijver van proza en toneel voor volwassenen. In 1980 verscheen zijn eerste boek, De zin van een liguster, een dichtbundel voor volwassenen. Zijn eerste bundel dierenverhalen, Er ging geen dag voorbij, werd gepubliceerd in 1984. Er volgden nog vele bundels allegorische dierenverhalen; in 1995 verscheen voor het eerst een omvangrijke verzameling daarvan in Misschien wisten zij alles. Onlangs werd die verzameling opgevolgd door een nieuw deel: Iedereen was er.
Voor volwassenen schrijft Tellegen niet alleen poëzie (inmiddels zijn meer dan twintig bundels verschenen), maar ook proza, zoals Twee oude vrouwtjes, Dora, Brieven aan Doornroosje en het voor de Libris Literatuur Prijs genomineerde De trein naar Pavlovsk en Oostvoorne (verhalen die zijn Russische grootvader hem vertelde).
Hij won talloze prijzen met zijn boeken voor kinderen en voor volwassenen. De roman De genezing van de krekel werd in 2000 bekroond met De Gouden Uil. Voor zijn gehele oeuvre ontving Tellegen de Hendrik de Vriesprijs 2006 en de Constantijn Huygensprijs 2007.
In de afgelopen jaren verschenen respectievelijk de dierenromans De genezing van de krekel, Het vertrek van de mier, Het wezen van de olifant, Het geluk van de sprinkhaan en Het verlangen van de egel.
De dierenverhalen van Tellegen worden onder andere vertaald in Frankrijk, Italië, Spanje, Duitsland, Zweden, Tsjechië, China, Japan, Rusland, Polen en Finland.
Mies Bouhuys (1927-2008) groeide op in Weesp, een klein stadje aan de Vecht. Ze trok met haar vijf broertjes en zusjes vaak langs het water en door de bossen van het Gooi. Dat heeft veel invloed gehad op alles wat ze daarna schreef. Net als, later, de Tweede Wereldoorlog. Haar vader was onderwijzer. Omdat hij het niet goed vond dat joodse kinderen van de Duitsers niet meer naar school mochten, werd hij ontslagen. Dat betekende nogal wat, als je een gezin hebt met zes kinderen!
Met haar boeken, gedichten en toneelteksten wilde Mies Bouhuys de lezer altijd aan het denken zetten. Ze schreef over onderwerpen als armoede, wat het betekent om vluchteling te zijn, over oorlog en racisme. Soms ook liet ze de werkelijkheid voor wat die is en kwam ze met een vrolijk fantasieverhaal.
Mies Bouhuys heeft zo´n 80 boeken voor kinderen geschreven en 12 toneelteksten voor jongeren. Daarnaast publiceerde zij gedichten en een boek over het leven van haar man Ed Hoornik: Het is maar tien uur sporen naar Berlijn!. Haar boeken laten duidelijk zien dat ze zich betrokken voelt bij wat er in de wereld mis is. Ze neemt het op voor mensen die onderdrukt of vervolgd worden. In Anne Frank is niet van gisteren vertelt ze over de jeugd van Anne, haar onderduiktijd tot aan het moment dat Anne en de andere onderduikers door de Duitsers gehaald worden en naar concentratiekampen gestuurd. Omdat ik in de wereld loop is een gedichtenbundel over bijvoorbeeld armoede, oorlog en vluchtelingen.
De schrijfster ontving de Reina Prinsen-Geerlingprijs voor poëzie, de Koepelprijs en de Hendrik van Veldeprijs. In 2003 ontving zij van de Liga voor de Rechten van de Mens de Clara Meijer-Wichmann Penning. Zij kreeg de prijs voor haar persoonlijke inzet voor de mensenrechten.