Sleeping Beauty
Classic Fairytales
Bewerking van de bekende sprookjes in hoorspelvorm. 'Sleeping Beauty' en twee andere sprookjes. Engelstalig. Leeftijd: 4+
€ 7,95
Beschrijving
Deze uitgave bevat drie Engelstalige sprookjes in hoorspelvorm.
Inhoud
1. Sleeping beauty
2. The pied piper of Hamelin
3. The adventures of Tom Thumb
Details
Imprint
Disky Communications Europe B.V.Uitgever
Disky Communications Europe B.V.
Publicatiedatum
25 maart 2014
ISBN
9789077102961
Taal
Engels
Speelduur
0 uur 31 min 39 sec
Bestandsgrootte
31 MB
Formaat
mp3 download en geschikt voor de Luisterrijk app
Categorieën
Over de auteur
Charles Perrault (1628-1703) was een Frans schrijver, bekend vanwege zijn sprookjes. Perrault werd geboren in Parijs uit een rijke familie, hij studeerde rechten, en begon een carrière als ambtenaar. Hij was lid van de Académie française, en een belangrijk intellectueel.
In 1697 publiceerde hij zijn bekendste werk, Histoires ou contes du temps passé, avec des moralités: Contes de ma mère l'Oye. Het is een verzameling volksverhalen en sprookjes. Het werd een internationaal beroemd boek onder zijn ondertitel, en de verhalen zijn bekend als Sprookjes van Moeder de Gans. Meteen was een nieuw literair genre geboren: het sprookje.
Bekende sprookjes uit de verzameling van Perrault zijn Assepoester, Blauwbaard, De Schone Slaapster in het bos, De gelaarsde kat, Kleinduimpje en Roodkapje. Dit laatste sprookje kreeg na de bewerking van de gebroeders Grimm een happy end mee.
Jakob Grimm (1785-1863) en Wilhelm Grimm (1786-1859) zijn de samenstellers van de beroemdste sprookjesverzameling ter wereld. De twee delen met Kinder- und Hausmärchen verschenen in respectievelijk 1812 en 1815. De broers, geboren in Hanau, studeerden beiden rechten maar profileerden zich vooral op taal- en letterkundig terrein. Ze publiceerden wetenschappelijke edities van bijvoorbeeld het Hildebrandslied en begonnen in 1852 met het Deutsches Wörterbuch, dat pas in 1960 postuum voltooid werd.
Onder invloed van de denkbeelden van de Romantiek gingen de broers op zoek naar de wortels van het Duits, naar de natuurlijke, onbedorven vormen van taal en literatuur. Bij oude mensen, familie, kennissen, vrienden en in herbergen verzamelden ze volksverhalen, sprookjes, sagen en legenden. Een belangrijke bron voor de sprookjes is Frau Viehmann geweest, een boerin uit Niederzwehrn, een dorp bij Kassel. De kern van de verhalen lieten de broers intact, maar ze noteerden ze in hun eigen stijl. Hoewel bedoeld als wetenschappelijke verzameling, hadden de sprookjes vanaf het begin veel succes bij kinderen. Vanwege de kritiek op het wrede en seksuele karakter van sommige sprookjes paste Wilhelm de tweede druk qua verteltrant sterk aan.
(Bron: Uitgeverij Lemniscaat)
Charles Perrault (1628-1703) was een Frans schrijver, bekend vanwege zijn sprookjes. Perrault werd geboren in Parijs uit een rijke familie, hij studeerde rechten, en begon een carrière als ambtenaar. Hij was lid van de Académie française, en een belangrijk intellectueel.
In 1697 publiceerde hij zijn bekendste werk, Histoires ou contes du temps passé, avec des moralités: Contes de ma mère l'Oye. Het is een verzameling volksverhalen en sprookjes. Het werd een internationaal beroemd boek onder zijn ondertitel, en de verhalen zijn bekend als Sprookjes van Moeder de Gans. Meteen was een nieuw literair genre geboren: het sprookje.
Bekende sprookjes uit de verzameling van Perrault zijn Assepoester, Blauwbaard, De Schone Slaapster in het bos, De gelaarsde kat, Kleinduimpje en Roodkapje. Dit laatste sprookje kreeg na de bewerking van de gebroeders Grimm een happy end mee.
Jakob Grimm (1785-1863) en Wilhelm Grimm (1786-1859) zijn de samenstellers van de beroemdste sprookjesverzameling ter wereld. De twee delen met Kinder- und Hausmärchen verschenen in respectievelijk 1812 en 1815. De broers, geboren in Hanau, studeerden beiden rechten maar profileerden zich vooral op taal- en letterkundig terrein. Ze publiceerden wetenschappelijke edities van bijvoorbeeld het Hildebrandslied en begonnen in 1852 met het Deutsches Wörterbuch, dat pas in 1960 postuum voltooid werd.
Onder invloed van de denkbeelden van de Romantiek gingen de broers op zoek naar de wortels van het Duits, naar de natuurlijke, onbedorven vormen van taal en literatuur. Bij oude mensen, familie, kennissen, vrienden en in herbergen verzamelden ze volksverhalen, sprookjes, sagen en legenden. Een belangrijke bron voor de sprookjes is Frau Viehmann geweest, een boerin uit Niederzwehrn, een dorp bij Kassel. De kern van de verhalen lieten de broers intact, maar ze noteerden ze in hun eigen stijl. Hoewel bedoeld als wetenschappelijke verzameling, hadden de sprookjes vanaf het begin veel succes bij kinderen. Vanwege de kritiek op het wrede en seksuele karakter van sommige sprookjes paste Wilhelm de tweede druk qua verteltrant sterk aan.
(Bron: Uitgeverij Lemniscaat)