Klein Duimpje
Sprookjes & Liedjes
Bewerking van de bekende sprookjes in hoorspelvorm, afgewisseld met medleys van traditionele kinderliedjes. 'Klein Duimpje' en vier andere sprookjes. Leeftijd: 4+
Auteurs
Charles Perrault, Jean de la Fontaine, Hans Christian Andersen
Sprekers
Aart Staartjes, Kitty Janssen, Hans Tiemeyer, Hannie Lips, Frits Thors, Marga van Arnhem, Ko van Dijk, Simone Rooskens, Peter Aryans, Martine Crefcoeur, Pieter Lutz, Sacco van der Made, Enny Meunier, Elly van Stekelenburg, Camille de Vries
Speelduur
0 uur 42 min 38 sec
€ 4,95
Beschrijving
Op dit luisterboek staan bewerkingen van vijf bekende sprookjes. Bekende namen hebben hun stem geleend aan de hoorspelen, waaronder Aart Staartjes, Marga van Arnhem, Ko van Dijk en Pieter Lutz.
Daarnaast zijn er vier vrolijke kinderliedjes en medleys, gezongen door het grote kinderkoor 'De Zonnepitten' o.l.v. Gonnie Goossens en begeleid door het ensemble Gerry Roberto en 'De Madeliefjes' o.l.v. Lia Ligthart.
Inhoud
1. Klein Duimpje
2. Ik zei d'r van Jaap
3. De aardmannetjes
4. Jan Pierewiet (medley)
5. De raaf en de vos
6. Oze wieze woze (medley)
7. Het lelijke jonge eendje
8. Een twee drie vier (medley)
9. De sneeuwman
Details
Imprint
Disky Communications Europe B.V.Uitgever
Disky Communications Europe B.V.
Publicatiedatum
29 november 2013
ISBN
9789077102558
Taal
Nederlands
Speelduur
0 uur 42 min 38 sec
Bestandsgrootte
51 MB
Formaat
mp3 download en geschikt voor de Luisterrijk app
Categorieën
Over de auteur
Charles Perrault (1628-1703) was een Frans schrijver, bekend vanwege zijn sprookjes. Perrault werd geboren in Parijs uit een rijke familie, hij studeerde rechten, en begon een carrière als ambtenaar. Hij was lid van de Académie française, en een belangrijk intellectueel.
In 1697 publiceerde hij zijn bekendste werk, Histoires ou contes du temps passé, avec des moralités: Contes de ma mère l'Oye. Het is een verzameling volksverhalen en sprookjes. Het werd een internationaal beroemd boek onder zijn ondertitel, en de verhalen zijn bekend als Sprookjes van Moeder de Gans. Meteen was een nieuw literair genre geboren: het sprookje.
Bekende sprookjes uit de verzameling van Perrault zijn Assepoester, Blauwbaard, De Schone Slaapster in het bos, De gelaarsde kat, Kleinduimpje en Roodkapje. Dit laatste sprookje kreeg na de bewerking van de gebroeders Grimm een happy end mee.
Jean de La Fontaine (1621-1695) was een classicistische Franse schrijver en dichter, vooral bekend om zijn fabels.
La Fontaine is geboren in Château-Thierry in 1621. Hij was een tijdlang houtvester en trad op een gegeven moment in overheidsdienst. Toen hij in dienst trad van de hertogin van Bouillon en de hertogin van Orléans, werd hij zelf in de adelstand verheven. Hij had toen al een aantal werken op zijn naam staan. Na zijn mislukte huwelijk is hij naar Parijs verhuisd. Daar kwam hij in aanraking met verschillende kunstenaars. In 1668 publiceerde hij zijn eerst bundel met fabels.
La Fontaine werd in 1683 lid van de Académie française. Hij overleed in Parijs, waar hij werd begraven op de begraafplaats van de Onschuldigen. Zijn grafsteen echter, staat op de begraafplaats Père Lachaise in Parijs.
Jean de La Fontaine werd vooral bekend door zijn fabels. Daarnaast heeft hij enkele verhandelingen geschreven, waarvan er één zeer antiklerikaal werd bevonden en een polemiek veroorzaakte. La Fontaine was een classicist. Voor zijn fabels haalde hij zijn inspiratie voornamelijk uit de klassieke oudheid, zoals Aesopus en Phaedrus, maar ook uit de Indiase literatuur: de Pañcatantra.
Een van zijn bekendste fabels is la cigale et la fourmi (de krekel en de mier), waarin een kunstzinnige krekel de hele zomer een werkende mier vermaakt met zijn gezang, waarna de mier te beroerd is om de zanger hiervoor te belonen. Hoewel La Fontaine met dit verhaal op een ironische manier de geringe waardering voor kunstenaars wilde aanklagen, werd het verhaal in later tijden meestal gebruikt als illustratie van het idee "wie niet werkt, zal ook niet eten". Een andere beroemde fabel is le corbeau et le renard (de raaf en de vos), waarin een vos met mooie praatjes en vleierij een kaas weet te stelen van een raaf. De moraal van deze fabel is "dat vleiers leven ten koste van degenen die luisteren".
Hans Christian Andersen (1805-1875) schreef ruim honderdvijftig sprookjes, waaronder Het lelijke jonge eendje, Duimelijntje en De prinses op de erwt. Veel van zijn sprookjes hebben een symbolische betekenis en vaak een tragisch einde, zoals in Het meisje met de zwavelstokjes.
In 2005 werd wereldwijd de 200ste geboortedag van de Deense sprookjesschrijver Hans Christian Andersen gevierd. Andersen groeide op in Odense. Toen de jonge Hans 11 jaar was, overleed zijn vader, een arme schoenmaker. Het liefst had hij acteur willen worden, maar hij werd niet aangenomen bij de koninklijke theaterschool.
Andersen is het meest bekend geworden vanwege zijn sprookjes. Het verhaal van zijn leven legde hij vast in Het sprookje van mijn leven, waarin hij vertelt over zijn vele buitenlandse reizen en contacten met adellijke families en vorstenhuizen. Hij debuteerde in 1827 met het gedicht Det døende Barn (Het stervende kind). In 1835 werd zijn eerste bundel met sprookjes voor kinderen uitgegeven, een bewerking van traditionele sprookjes. Zijn latere werk bevat vooral zelf bedachte sprookjes (zogeheten cultuursprookjes).
Charles Perrault (1628-1703) was een Frans schrijver, bekend vanwege zijn sprookjes. Perrault werd geboren in Parijs uit een rijke familie, hij studeerde rechten, en begon een carrière als ambtenaar. Hij was lid van de Académie française, en een belangrijk intellectueel.
In 1697 publiceerde hij zijn bekendste werk, Histoires ou contes du temps passé, avec des moralités: Contes de ma mère l'Oye. Het is een verzameling volksverhalen en sprookjes. Het werd een internationaal beroemd boek onder zijn ondertitel, en de verhalen zijn bekend als Sprookjes van Moeder de Gans. Meteen was een nieuw literair genre geboren: het sprookje.
Bekende sprookjes uit de verzameling van Perrault zijn Assepoester, Blauwbaard, De Schone Slaapster in het bos, De gelaarsde kat, Kleinduimpje en Roodkapje. Dit laatste sprookje kreeg na de bewerking van de gebroeders Grimm een happy end mee.
Jean de La Fontaine (1621-1695) was een classicistische Franse schrijver en dichter, vooral bekend om zijn fabels.
La Fontaine is geboren in Château-Thierry in 1621. Hij was een tijdlang houtvester en trad op een gegeven moment in overheidsdienst. Toen hij in dienst trad van de hertogin van Bouillon en de hertogin van Orléans, werd hij zelf in de adelstand verheven. Hij had toen al een aantal werken op zijn naam staan. Na zijn mislukte huwelijk is hij naar Parijs verhuisd. Daar kwam hij in aanraking met verschillende kunstenaars. In 1668 publiceerde hij zijn eerst bundel met fabels.
La Fontaine werd in 1683 lid van de Académie française. Hij overleed in Parijs, waar hij werd begraven op de begraafplaats van de Onschuldigen. Zijn grafsteen echter, staat op de begraafplaats Père Lachaise in Parijs.
Jean de La Fontaine werd vooral bekend door zijn fabels. Daarnaast heeft hij enkele verhandelingen geschreven, waarvan er één zeer antiklerikaal werd bevonden en een polemiek veroorzaakte. La Fontaine was een classicist. Voor zijn fabels haalde hij zijn inspiratie voornamelijk uit de klassieke oudheid, zoals Aesopus en Phaedrus, maar ook uit de Indiase literatuur: de Pañcatantra.
Een van zijn bekendste fabels is la cigale et la fourmi (de krekel en de mier), waarin een kunstzinnige krekel de hele zomer een werkende mier vermaakt met zijn gezang, waarna de mier te beroerd is om de zanger hiervoor te belonen. Hoewel La Fontaine met dit verhaal op een ironische manier de geringe waardering voor kunstenaars wilde aanklagen, werd het verhaal in later tijden meestal gebruikt als illustratie van het idee "wie niet werkt, zal ook niet eten". Een andere beroemde fabel is le corbeau et le renard (de raaf en de vos), waarin een vos met mooie praatjes en vleierij een kaas weet te stelen van een raaf. De moraal van deze fabel is "dat vleiers leven ten koste van degenen die luisteren".
Hans Christian Andersen (1805-1875) schreef ruim honderdvijftig sprookjes, waaronder Het lelijke jonge eendje, Duimelijntje en De prinses op de erwt. Veel van zijn sprookjes hebben een symbolische betekenis en vaak een tragisch einde, zoals in Het meisje met de zwavelstokjes.
In 2005 werd wereldwijd de 200ste geboortedag van de Deense sprookjesschrijver Hans Christian Andersen gevierd. Andersen groeide op in Odense. Toen de jonge Hans 11 jaar was, overleed zijn vader, een arme schoenmaker. Het liefst had hij acteur willen worden, maar hij werd niet aangenomen bij de koninklijke theaterschool.
Andersen is het meest bekend geworden vanwege zijn sprookjes. Het verhaal van zijn leven legde hij vast in Het sprookje van mijn leven, waarin hij vertelt over zijn vele buitenlandse reizen en contacten met adellijke families en vorstenhuizen. Hij debuteerde in 1827 met het gedicht Det døende Barn (Het stervende kind). In 1835 werd zijn eerste bundel met sprookjes voor kinderen uitgegeven, een bewerking van traditionele sprookjes. Zijn latere werk bevat vooral zelf bedachte sprookjes (zogeheten cultuursprookjes).